Dit verdient een zwemleraar
nu.nl
dinsdag 9 augustus 2022
Human Resources

Hoeveel je kunt verdienen in je vak, hangt in Nederland voor een groot deel af van je sector of branche. Maar hoe hoog (of laag) liggen de lonen voor verschillende beroepen precies? Deze week: zwemleraren en zwembadmedewerkers.

In een land dat voor 19 procent bestaat uit water is het een geruststellend idee als mensen kunnen zwemmen. Dat leren de meesten van ons gelukkig al op jonge leeftijd in een van de vele zwembaden die ons land rijk is. Maar wat verdienen de mensen die ons die essentiële vaardigheid aanleren daar eigenlijk mee?

Wat verdien je als je net begint?

Dat hangt ervan af onder welke cao je valt, legt FNV-bestuurder Sport en Bewegen Ingrid Koppelman uit. “Zwembaden zijn bijna altijd bezit van de gemeente, maar vaak is de exploitatie ervan uitbesteed aan commerciële bedrijven. En in dat geval komt de cao Zwembaden om de hoek kijken.” De meeste zwembadmedewerkers (zo’n achtduizend) vallen onder die cao, maar er zijn er ook nog enkele duizenden die onder de cao Vermo (Verzelfstandigde Maatschappelijke Organisaties) of de cao Gemeenten vallen.

“De badmeester van weleer, die zo’n beetje alles deed in het zwembad, bestaat in de commerciële cao niet meer als functie.”

Voor dit artikel nemen we de cao Zwembaden als uitgangspunt, omdat dit in de branche de grootste is. Bij grote werkgevers als Optisport en Sportfondsen verdienen beginnende zwemdocenten zo’n 2.000 euro per maand (bruto) op basis van 38 uur. Maar bijna niemand werkt fulltime, zegt Koppelman.

Ben je toezichthouder (op zo’n hoge stoel naast het zwembad en rondjes lopend langs de zwembadrand), dan val je in schaal 2 of 3 en begin je op 1.848 tot 1.931 euro. “De badmeester van weleer, die zo’n beetje alles deed in het zwembad, bestaat in de commerciële cao niet meer als functie.”

Ingrid Koppelman, FNV Sport en Bewegen

Hoe maak je stappen?

In principe ga je met elk jaar ervaring een stapje omhoog in je schaal. Je gaat meer verdienen (in een andere schaal) als je specifieke opleidingen hebt gevolgd waarmee je les kunt geven aan bepaalde doelgroepen, zegt Koppelman. Denk bijvoorbeeld aan aquafit voor ouderen, of zwemles aan kinderen met autisme die speciale aandacht nodig hebben. Dan zit je doorgaans in schaal 5, die loopt van 2.184 tot 2.660 euro.

Koppelman: “Hoe meer allround je bent, hoe meer je gaat verdienen.” Ben je allround zwemonderwijzer, dan kun je rekenen op een salaris tussen de 2.353 en 2.962 euro bruto (schaal 6).

Wat is het hoogst haalbare salaris?

Voor zwemonderwijzers is dat de eerdergenoemde 2.962 euro. Maar blijf je op het droge en word je leidinggevende, dan kun je doorgroeien naar schaal 7, 8 of 9. Die laatste schaal is gereserveerd voor zwembadmanagers en loopt van 3.361 euro tot 4.062 euro.

Zijn er nog extra’s?

Nee, in de cao Zwembaden niet. Er is wel een pensioenregeling. Koppelman: “De medewerker betaalt 50 procent van de premie en de werkgever de andere 50 procent.”

Voor welke uitdagingen staat de beroepsgroep?

Net als bijna elke branche kampt ook de zwemsector met personeelstekorten. Wat daarbij bepaald niet helpt is dat jonge medewerkers die hetzelfde werk doen als oudere collega’s daarvoor een ‘jeugdloon’ ontvangen. Personeel van 15 tot 20 jaar ontvangt niet het hele salaris dat in hun functieschaal bepaald is, maar een percentage daarvan. Uiteraard mag dit niet minder zijn dan het minimumloon, maar het ligt er vaak maar nauwelijks boven.

Onrechtvaardig, vindt Koppelman: “De verantwoordelijkheid die je als zwemleraar hebt, is vele malen groter dan wanneer je bijvoorbeeld in de supermarkt werkt. Als je een potje pindakaas laat vallen gebeurt er niet zoveel, maar langs die zwembadrand heb je de verantwoordelijkheid over leven en dood.” Nieuwe mensen aantrekken wordt door het lagere loon lastig. “En als we geen jonge mensen opleiden, hebben we geen doorstroom.”

Wat ook speelt in de branche, is het feit dat er vanuit de overheid geen kwaliteitseisen zijn gesteld waar een zwemleraar aan moet voldoen. Het is een vrij beroep. In de cao worden wel minimaal mbo niveau 3 en een relevante vakopleiding genoemd als eisen, maar die vakopleiding is dan weer niet gespecificeerd. FNV vindt dat er kwaliteitseisen moeten worden gesteld en dat er meer oog moet zijn voor de verantwoordelijkheid die zwembadpersoneel heeft. “Dat moet gewaardeerd worden”, zegt Koppelman. “Niet alleen in geld, maar ook in de vorm van de juiste bijscholingen en voldoende rusttijden.”

Deel